COMENIUS LEERGANGEN
Carrie van der Kroon van Defence for Children

Carrie van der Kroon

Carrie van der Kroon (1988) studeerde Rechten aan de Universiteit van Utrecht en studeerde Cum Laude af op international children's rights and legal anthropology. Ze bekleed diverse bestuursfuncties en is toezichthouder bij verschillende nationale en internationale NGO’s die zich allen bezighouden met rechten van kinderen. Carrie is manager Communicatie en Public Affairs voor kinderrechtenorganisatie Defence for Children. Carrie volgde de Comenius leergang Diversity in Leadership Course.

Verder lezen over het verkennen van nieuw, wijs leiderschap?
Kijk op www.comeniusleergang.nl

Carrie combineert een passie voor de rechten van kinderen en jongeren met het talent om zich gemakkelijk te bewegen in verschillende werelden. Ze groeit op in de omgeving van Amsterdam-Noord en Landsmeer, als dochter van een bloemist. Deze achtergrond bleek een stevig contrast met de middelbare school waar ze naartoe ging, het Barlaeus Gymnasium, een school aan de overkant van het IJ. Een andere wereld, merkte ze. Carrie: “Op de eerste schooldag stelde ik me voor en iedereen ging lachen en ik begreep niet waarom. Dat was dus omdat ik plat-Amsterdams sprak. Ik wist helemaal niet dat er zoiets bestond als klassen, ik had echt geen flauw idee waar ik terecht was gekomen.”

Op het Barlaeus blijkt ze zich echter makkelijk te kunnen aanpassen. Ze is talig – zo leert ze binnen een paar maanden het ABN – en altijd nieuwsgierig naar hoe andere kinderen leven en opgroeien, ook na haar schooltijd. Zo woonde en werkte ze in diverse periodes in verschillende landen en deed ze onderzoek naar kinderen bij inheemse volkeren. Carrie: “Mijn partner komt weer uit een heel andere wereld. Dus ik heb constant eigenlijk die luxe om door allerlei verschillende bubbels heen te bewegen.”

Ingebouwd rechtvaardigheidsgevoel
Toen ze vijftien was mocht ze meedoen met een project van de Nationale Jeugdraad (NJR). Een “empowering expercience”, zo blikt ze daarop terug. Een ervaring bovendien die een belangrijke impuls gaf aan de ontwikkeling van haar leiderschap. Ze mocht naar de Tweede Kamer om daar te spreken namens Nederlandse kinderen en jongeren. “En dat voelde als thuiskomen. Ik merkte dat het zin heeft om je uit te spreken en bij te dragen aan een hoger doel. En dat allemaal voor en door jongeren. Het was zo gaaf om te voelen dat je als jongere serieus wordt genomen.” Ze ontdekte bij zichzelf een, wat zij noemt, “ingebouwd rechtvaardigheidsgevoel”. Carrie: “Ik kon zelf nooit zo goed verklaren waar dat vandaan kwam, maar recent ben ik er achter gekomen dat mijn overgrootvader, die ik overigens nooit heb gekend, hier misschien een rol in speelt. Hij hielp Joodse mensen in onder meer de Amsterdamse Rivierenbuurt. Niet als bekende verzetsheld, maar gewoon, door vanuit medemenselijkheid het juiste te doen. En het zou kunnen dat ik dat van hem heb geërfd.”

Werelden verbinden
Het ‘juiste doen’ en het gemak waarmee Carrie zich in verschillende werelden beweegt komen samen in haar werk voor Defence for Children. Deze NGO geeft kinderen en jongeren toegang tot het recht en houdt zich bezig met onderwerpen als armoede, seksuele uitbuiting, asiel en migratie. Een organisatie in transitie, waar Carrie, als manager van de afdeling Communicatie en Public Affairs én belast met particuliere fondsenwerving, een belangrijke rol in speelt. Carrie: “NGO’s ontstaan vaak uit ontzettend gedreven mensen die zich belangeloos inzetten voor een doel dat hen verbindt. En op een gegeven moment groeit daar een organisatie uit. Defence for Children bestaat nu 30 jaar en er werken zo’n 35 mensen. We doen veel mooie dingen, maar zakelijk kan het beter. Er is een transitie nodig in ons businessmodel, de wijze waarop we gefinancierd zijn. Van oudsher zijn we georiënteerd op institutionele fondsenwerving en subsidies, maar wat we nodig hebben is meer vrij besteedbare fondsen, via partnerschappen met bedrijven. Dit probleem zie je vaak bij NGO’s, dat ze gebonden zijn aan afspraken over hoe het geld besteed mag worden. Daar is ook een cultuurverandering voor nodig.”

Het belang van een moreel kompas
Aan bezieling is bij Defence for Children geen gebrek. Maar het verstevigen van de zakelijke kant en het realiseren van een cultuurverandering is een ander verhaal. Hoe heeft ze daaraan kunnen bijdragen? Carrie: “Ik ben aan de slag gegaan met mijn eigen ontwikkeling en daardoor ben ik in staat om anderen daarin mee te nemen.” Zo nam ze vorig jaar deel aan de Middle East Leadership Course van Comenius Leergangen, met als doel om haar leiderschap verder te versterken. Ze deed er belangrijke nieuwe inzichten op en maakte nieuwe, voor haar zo belangrijke, verbindingen. Vooral bleef hangen hoe krachtig het is om niet meteen een oordeel te hebben, maar om door te vragen en te luisteren. Carrie: “Als ik echt oordeelsvrij luister, ook naar mensen die totaal anders zijn dan ik, en dan de verbinding kan leggen, dan voelt dat heel powerful. Wat ik ook heb geleerd is om me te laten leiden door mijn eigen morele kompas en dat ik dichtbij onze kernwaarden van rechtvaardigheid, transparantie en integriteit wil blijven. Ik wil dingen doen waarmee ik impact kan maken. Zo maak ik keuzes, in het volle besef dat ik misschien ook fouten maak.”

Relevant blijven
Op haar vijfendertigste kan Carrie al bogen op een schat aan ervaring. Welke ambities heeft ze voor zichzelf en voor de branche waarvoor ze inmiddels twintig jaar werkt? Carrie: “Ik wil heel graag bijdragen aan goed bestuur en toezicht, deze branche verdíent dat.” Dat doet ze niet alleen via haar werk voor Defence for Children, maar ook als toezichthouder voor andere organisaties in de branche. Haar leeftijd en vaardigheid om “door verschillende bubbels heen te bewegen” brengt nieuwe perspectieven naar bestuurstafels met van oudsher een hoge gemiddelde leeftijd. En wat hoopt ze voor zichzelf? Carrie: “Dat ik nog heel lang relevant blijf voor het doel, voor kinderen in de eerste plaats, maar dus ook voor de organisatie en de sector.” En hoe staat het met haar eigen bezieling? “Dat zit wel goed, die is na twintig jaar nog helemaal in orde.”

TEKST: MARJAN VAN DEN AKKER • FOTO: MAARTEN DE KOK

De wereld een stukje beter maken voor kinderen en jongeren. Die drive zat er bij Carrie van der Kroon (35) al van jongs af aan in. Vijftien jaar was ze pas toen ze via de Nationale Jeugdraad haar stem mocht laten horen in de Tweede Kamer. En ze ervoer “Het heeft zin om je uit te spreken en zo bij te dragen aan een hoger doel”. Deze empowering experience had een enorme impact op haar ontwikkeling. Ze besloot van haar passie haar werk te maken en zet zich als manager Communicatie en Public Affairs in voor kinderrechtenorganisatie Defence for Children. Edsart Krijger, moderator bij Comenius Leergangen, sprak met Comenius-alumna Carrie over haar leiderschap in de complexiteit van een NGO en over haar leven tot nu toe.

Het heeft zin om je uit te spreken
voor een betere wereld
Carrie van der Kroon van Defence for Children
COMENIUS LEERGANGEN

Verder lezen over het verkennen van
nieuw, wijs leiderschap?
Kijk op www.comeniusleergang.nl

Carrie van der Kroon

Carrie van der Kroon (1988) studeerde Rechten aan de Universiteit van Utrecht en studeerde Cum Laude af op 
international children's rights and legal anthropology. Ze bekleed diverse bestuursfuncties en is toezichthouder bij verschillende nationale en internationale NGO’s die zich allen bezighouden met rechten van kinderen. Carrie is manager Communicatie en Public Affairs voor kinderrechten-organisatie Defence for Children. Carrie volgde de Comenius leergang Diversity in Leadership Course.

Carrie combineert een passie voor de rechten van kinderen en jongeren met het talent om zich gemakkelijk te bewegen in verschillende werelden. Ze groeit op in de omgeving van Amsterdam-Noord en Landsmeer, als dochter van een bloemist. Deze achtergrond bleek een stevig contrast met de middelbare school waar ze naartoe ging, het Barlaeus Gymnasium, een school aan de overkant van het IJ. Een andere wereld, merkte ze. Carrie: “Op de eerste schooldag stelde ik me voor en iedereen ging lachen en ik begreep niet waarom. Dat was dus omdat ik plat-Amsterdams sprak. Ik wist helemaal niet dat er zoiets bestond als klassen, ik had echt geen flauw idee waar ik terecht was gekomen.”

Op het Barlaeus blijkt ze zich echter makkelijk te kunnen aanpassen. Ze is talig – zo leert ze binnen een paar maanden het ABN – en altijd nieuwsgierig naar hoe andere kinderen leven en opgroeien, ook na haar schooltijd. Zo woonde en werkte ze in diverse periodes in verschillende landen en deed ze onderzoek naar kinderen bij inheemse volkeren. Carrie: “Mijn partner komt weer uit een heel andere wereld. Dus ik heb constant eigenlijk die luxe om door allerlei verschillende bubbels heen te bewegen.”

Ingebouwd rechtvaardigheidsgevoel
Toen ze vijftien was mocht ze meedoen met een project van de Nationale Jeugdraad (NJR). Een “empowering expercience”, zo blikt ze daarop terug. Een ervaring bovendien die een belangrijke impuls gaf aan de ontwikkeling van haar leiderschap. Ze mocht naar de Tweede Kamer om daar te spreken namens Nederlandse kinderen en jongeren. “En dat voelde als thuiskomen. Ik merkte dat het zin heeft om je uit te spreken en bij te dragen aan een hoger doel. En dat allemaal voor en door jongeren. Het was zo gaaf om te voelen dat je als jongere serieus wordt genomen.” Ze ontdekte bij zichzelf een, wat zij noemt, “ingebouwd rechtvaardigheidsgevoel”. Carrie: “Ik kon zelf nooit zo goed verklaren waar dat vandaan kwam, maar recent ben ik er achter gekomen dat mijn overgrootvader, die ik overigens nooit heb gekend, hier misschien een rol in speelt. Hij hielp Joodse mensen in onder meer de Amsterdamse Rivierenbuurt. Niet als bekende verzetsheld, maar gewoon, door vanuit medemenselijkheid het juiste te doen. En het zou kunnen dat ik dat van hem heb geërfd.”

Werelden verbinden
Het ‘juiste doen’ en het gemak waarmee Carrie zich in verschillende werelden beweegt komen samen in haar werk voor Defence for Children. Deze NGO geeft kinderen en jongeren toegang tot het recht en houdt zich bezig met onderwerpen als armoede, seksuele uitbuiting, asiel en migratie. Een organisatie in transitie, waar Carrie, als manager van de afdeling Communicatie en Public Affairs én belast met particuliere fondsenwerving, een belangrijke rol in speelt. Carrie: “NGO’s ontstaan vaak uit ontzettend gedreven mensen die zich belangeloos inzetten voor een doel dat hen verbindt. En op een gegeven moment groeit daar een organisatie uit. Defence for Children bestaat nu 30 jaar en er werken zo’n 35 mensen. We doen veel mooie dingen, maar zakelijk kan het beter. Er is een transitie nodig in ons businessmodel, de wijze waarop we gefinancierd zijn. Van oudsher zijn we georiënteerd op institutionele fondsenwerving en subsidies, maar wat we nodig hebben is meer vrij besteedbare fondsen, via partnerschappen met bedrijven. Dit probleem zie je vaak bij NGO’s, dat ze gebonden zijn aan afspraken over hoe het geld besteed mag worden. Daar is ook een cultuurverandering voor nodig.”

Het belang van een moreel kompas
Aan bezieling is bij Defence for Children geen gebrek. Maar het verstevigen van de zakelijke kant en het realiseren van een cultuur-verandering is een ander verhaal. Hoe heeft ze daaraan kunnen bijdragen? Carrie: “Ik ben aan de slag gegaan met mijn eigen ontwikkeling en daardoor ben ik in staat om anderen daarin mee te nemen.” Zo nam ze vorig jaar deel aan de Middle East Leadership Course van Comenius Leergangen, met als doel om haar leiderschap verder te versterken. Ze deed er belangrijke nieuwe inzichten op en maakte nieuwe, voor haar zo belangrijke, verbindingen. Vooral bleef hangen hoe krachtig het is om niet meteen een oordeel te hebben, maar om door te vragen en te luisteren. Carrie: “Als ik echt oordeelsvrij luister, ook naar mensen die totaal anders zijn dan ik, en dan de verbinding kan leggen, dan voelt dat heel powerful. Wat ik ook heb geleerd is om me te laten leiden door mijn eigen morele kompas en dat ik dichtbij onze kernwaarden van rechtvaardigheid, transparantie en integriteit wil blijven. Ik wil dingen doen waarmee ik impact kan maken. Zo maak ik keuzes, in het volle besef dat ik misschien ook fouten maak.”

Relevant blijven
Op haar vijfendertigste kan Carrie al bogen op een schat aan ervaring. Welke ambities heeft ze voor zichzelf en voor de branche waarvoor ze inmiddels twintig jaar werkt? Carrie: “Ik wil heel graag bijdragen aan goed bestuur en toezicht, deze branche verdíent dat.” Dat doet ze niet alleen via haar werk voor Defence for Children, maar ook als toezichthouder voor andere organisaties in de branche. Haar leeftijd en vaardigheid om “door verschillende bubbels heen te bewegen” brengt nieuwe perspectieven naar bestuurstafels met van oudsher een hoge gemiddelde leeftijd. En wat hoopt ze voor zichzelf? Carrie: “Dat ik nog heel lang relevant blijf voor het doel, voor kinderen in de eerste plaats, maar dus ook voor de organisatie en de sector.” En hoe staat het met haar eigen bezieling? “Dat zit wel goed, die is na twintig jaar nog helemaal in orde.”

TEKST: MARJAN VAN DEN AKKER • FOTO: MAARTEN DE KOK

Het heeft zin om je uit te spreken voor een betere wereld

De wereld een stukje beter maken voor kinderen en jongeren. Die drive zat er bij Carrie van der Kroon (35) al van jongs af aan in. Vijftien jaar was ze pas toen ze via de Nationale Jeugdraad haar stem mocht laten horen in de Tweede Kamer. En ze ervoer “Het heeft zin om je uit te spreken en zo bij te dragen aan een hoger doel”. Deze empowering experience had een enorme impact op haar ontwikkeling. Ze besloot van haar passie haar werk te maken en zet zich als manager Communicatie en Public Affairs in voor kinderrechtenorganisatie Defence for Children. Edsart Krijger, moderator bij Comenius Leergangen, sprak met Comenius-alumna Carrie over haar leiderschap in de complexiteit van een NGO en over haar leven tot nu toe.