FOTO: ANP / ROB VOSS


LEESTIJD: 6 MINUTEN
ONDERZOEK
Er gloort een
mooie toekomst voor melkveehouders

FOTO: EDDO HARTMAN – SERIE SHIFTING BASELINES, ZIE OOK PAGINA 15

Lise Beumeler, Campus Fryslan
‘You can never leave footprints that last if you are always walking on tiptoe.’ (Leymah Gbowee)

STELLING

Thomas Oudman

Uit de shit – pleidooi voor meer
boeren en minder vee

kiosk.decorrespondent.nl

€ 15,00; E-book € 7,00;
luisterboek € 10,00

TEKST: KARIN DE MIK

Het Sicco Mansholt Transitie Programma van de Universiteit van het Noorden is een opleidings-programma voor boeren, dat erop is gericht obstakels voor gangbare boeren weg te nemen. Volgens Gjalt de Jong kun je de omslag in de landbouw niet aan de markt overlaten. ‘De sector kan het niet zelf, omdat die onderdeel is van het systeem. Het merendeel van de boeren heeft vaak niet de juiste informatie, blijft stil zitten en ziet niet hoe de sector verandert. En politieke partijen als BBB ontkennen dat er een probleem is. Ze willen dat alles bij het oude blijft, maar dat kan niet. Voor de transitie is goede begeleiding noodzakelijk. Als Universiteit van het Noorden willen we die actief begeleiden en versnellen. In ons programma werken we daarvoor samen met boeren, overheden, agrarische natuurverenigingen en ketenpartners als leveranciers en banken.’
Op 12 oktober werd definitief dat vanuit het Nationaal Groeifonds een subsidie van 129 miljoen euro is toegekend aan het landelijke Re-Ge-NL programma voor de transitie naar een regeneratieve landbouw. Namens de RUG en de Universiteit van het Noorden krijgt De Jong daarvan
15 miljoen euro.

‘Na een tijd van exploitatie van ons eigen en andere ecosystemen, is nu de tijd aangebroken
om te laten zien wat de Nederlandse landbouwcultuur waard is. Dankzij vakkundige boeren,
gesteund door de samenleving, kunnen we gezamenlijk een waardevol onderdeel zijn
van de natuur. En dat verandert alles.’


Zo eindigt alumnus Thomas Oudman zijn boek Uit de shitpleidooi voor meer boeren en minder vee.
Hij vertelt over zijn boekje dat hij, na drie jaar journalistiek onderzoek, staafde met een omvangrijk notenapparaat. Gjalt de Jong, hoogleraar duurzaam ondernemen in de circulaire economie bij
Campus Fryslân reageert op Oudmans bevindingen.

FOTO: JEAN PIERRE JANS

Thomas Oudman in zijn boek:
‘De 24,3 miljard euro die minister
Van der Wal klaar heeft liggen voor het oplossen van de stikstofcrisis,
is een unieke kans om de duurzame transitie van de veehouderij
mogelijk te maken’

FOTO: HENK VEENSTRA

Gjalt de Jong:
‘Het huidige landbouwsysteem is einde oefening’

Nee, BBB-voorvrouw Caroline van der Plas heeft nog niet gebeld. ‘Maar ik zou het gesprek graag met haar aangaan,’ zegt Thomas Oudman, journalist bij De Correspondent. Zijn boek Uit de shit - pleidooi voor meer boeren en minder vee werd in korte tijd een bestseller. Hij sprak er al met diverse Kamerleden over en stikstofminister Van der Wal nodigde hem al uit voor een gesprek. Oudmans constatering ‘landbouw is ook natuur’ zal Van der Plas ongetwijfeld aanspreken.

Oudman: ‘Er is een prachtig ecosysteem waarbinnen we voedsel zouden kunnen produceren. Dát ecologische systeem moet centraal staan in de landbouw, niet economische winst. Dan krijg je vanzelf een landschap vol rijke natuur, schoon water en een gezonde bodem. Dus als de BoerBurger Beweging zegt op te komen voor de boeren, moet zij de eerste zijn om mijn visie te omarmen. Daar ligt mijn hoop.’

Kunstmatig onderscheid
Oudman is van huis uit bioloog en promoveerde in 2017 in Groningen bij trekvogelecoloog Theunis Piersma. Drie jaar geleden verruilde hij de wetenschap voor de journalistiek. Voor journalistiek platform De Correspondent – ‘een dagelijks medicijn tegen de waan van de dag’ – schrijft hij over voedsel.

Hij zag dat boeren en natuurminnenden lijnrecht tegenover elkaar kwamen te staan in de klimaat- en stikstofdiscussies. ‘Terwijl het onderscheid landbouw en natuur arbitrair is,’ meent hij. ‘Landbouw werkt per definitie in een ecosysteem. Juist het kunstmatige onderscheid tussen landbouw en natuur is de basis van de industriële veehouderij, die het stikstofprobleem veroorzaakte.’




















Verbindende oplossing
Hij vond het zijn taak om in heldere taal de problemen in de landbouwsector te schetsen. ‘Maar vooral wilde ik een verbindende oplossing geven. Beter uitleggen dus wat we al wisten.’ En dat is dat een ecologisch verantwoord landbouwsysteem de redding is voor de boer, de bodem en de natuur.
Al wil hij er geen etiket op plakken. ‘Wérkelijk duurzaam, noem ik het ook wel, omdat ecologisch verantwoorde landbouw in principe gewoon landbouw is, en zou moeten zijn volgens elk weldenkend mens.’

De melkveehouderij moet stoppen met kunstmest en ook de import van krachtvoer moet eindigen, want beide zijn grote bronnen van stikstofuitstoot, stelt Oudman. ‘De consequentie daarvan is dat een forse reductie van de pluimveesector en varkenshouderijen, als grootgebruikers van geïmporteerd veevoer, noodzakelijk is. De overheid zal duizenden van deze bedrijven moeten uitkopen en compenseren.’












Mooie toekomst
Voor de circa 15.000 melkveehouders gloort er een mooie toekomst, mits zij omschakelen naar een ecologisch verantwoorde voedselproductie. Die moet vooral afgestemd zijn op onze eigen behoeften, vindt Oudman. ‘Als boer voorzie je dan voor een groot deel in de binnenlandse vraag naar gezond voedsel, waardoor je bovendien minder afhankelijk wordt van het buitenland. Voor ons geïmporteerde voedsel en veevoer leggen we beslag op relatief veel grond buiten onze eigen grenzen. Als we ons voedsel zelf produceren, wordt dat aandeel veel lager en krijg je meer voedselzekerheid.’ En dat is haalbaar, onderstreept Oudman. ‘Nu wordt op het merendeel van onze eigen landbouw-grond veevoer, zoals mais en gras, verbouwd. Bestemd voor de productie van melk, kaas en vlees, waarvan twee derde naar het buitenland gaat. Waar nu snijmais voor veevoer wordt verbouwd kun je bijvoorbeeld granen of andere consumptiegewassen verbouwen.’

Meer boeren
De focus op ecologische processen in plaats van een verdere industrialisatie leidt tot meer boeren, die minder kosten hoeven te maken. ‘Veeboeren hebben in dit systeem geen dure technologie meer nodig, noch kunstmest en krachtvoer. De scheiding tussen landbouw en natuur vervaagt. Landbouw-gronden worden dan weer veel waardevollere natuur-cultuurlandschappen. Een bijkomend voordeel is dat de milieudruk op de huidige natuurgebieden kleiner wordt.’ Om de verduurzaming van boerenbedrijven te bekostigen pleit de bioloog in zijn boek voor een duurzaamheidsbijdrage op de prijs van dierlijke producten. De transitie naar een ander landbouwsysteem moet zo snel mogelijk beginnen, vindt hij. ‘De situatie wordt steeds nijpender. Het landschap verschraalt, schoon water wordt een probleem en klimaatverandering zet door.’

Het boek van Thomas Oudman sluit goed aan bij het Sicco Mansholt Transitieprogramma voor Natuurinclusieve Landbouw van de Universiteit van het Noorden, vindt Gjalt de Jong, hoogleraar duurzaam ondernemen in de circulaire economie. ‘Nieuwe verdienmodellen zijn de sleutel tot verandering.’

Grote natuurweelde
Gjalt de Jong liep als tiener door de weilanden bij het Friese Oentsjerk. ‘Het stikte toen van de vogels in de weilanden. Een grote natuurweelde. Waarom? Boeren maaiden minder vaak en veel later dan nu. Ze hadden bijvoorbeeld kleine trekkertjes waardoor vogels sneller weg konden komen. Kunstmest gebruikten ze amper. En de bodem was gezond’

Hoe anders is dat nu. ‘Het traditionele verdienmodel van de huidige gangbare boeren draait om efficiency en winst maken,’ legt De Jong uit, die in Groningen economie en bedrijfskunde studeerde. ‘Dit model is, zoals Thomas zegt, opgebouwd uit kunstmest, krachtvoer, antibiotica, en bestrijdings-middelen. Veel produceren tegen zo laag mogelijke kosten op relatief weinig grond dus. Dat kan omdat gangbare boeren veel EU-subsidies krijgen waardoor ze goedkope melk, aardappelen, graan of suikerbieten kunnen afzetten.’ Dat alles heeft echter een hoge prijs voor de samenleving, zegt hij: ‘De sector vervuilt de natuur met ammoniak en andere meststoffen en subsidies worden misbruikt. In ons milieu en voedsel zitten resten van bestrijdingsmiddelen of antibiotica en veel mest spoelt uit naar het oppervlaktewater. Ondertussen holt de biodiversiteit achteruit.’

Regeneratieve landbouw
Dit falend landbouwsysteem schetst Oudman op een heel toegankelijke manier, meent De Jong. ‘Hij geeft een doorkijk in hoe het beter en anders kan.’ En het kan anders en beter. Regeneratieve landbouw (ook wel ecologisch verantwoord, zoals Oudman het noemt of natuurinclusief) is de oplossing voor veel milieuproblemen, weet De Jong. ‘En het levert regeneratieve boeren een goede boterham op. Zij hebben minder kosten omdat ze geen krachtvoer en kunstmest gebruiken. Ook krijgen ze hogere melkprijzen en verbeteren de natuur, het milieu en de gezondheid van mensen. Vaak krijgen ze ook nog subsidies voor ecosysteemdiensten, omdat ze bijvoorbeeld zorgen voor houtwallen, een hoger waterpeil en schoon water.’

Kanteling
Het huidige landbouwsysteem heeft zijn langste tijd gehad. Het oude verdienmodel van de landbouw is echt failliet, meent De Jong. ‘Op Europees niveau is daarover al geen discussie meer. Ook in de markt is een duidelijke trend zichtbaar naar duurzamere producten. Daar zie je al een kanteling. Grote marktpartijen en internationale voedselproducenten en -leveranciers zijn letterlijk op zoek naar regeneratieve producten en boeren, omdat ze wettelijk gezien hun ecologische voetafdruk moeten verkleinen.’

Met nog strengere Europese wet- en regelgeving over water en natuur op komst, zullen gangbare boeren het steeds moeilijker krijgen, voorspelt De Jong. ‘Hun verdienmodel komt onder druk te staan, omdat ze aan steeds meer eisen moeten voldoen, zoals schoner water en minder drijfmest uitrijden.’ De overgang naar een ecologisch verantwoorde bedrijfsvoering biedt hun een grote kans. ‘Toch kan transitie pijnlijk zijn’, beseft hij. ‘Maar je kunt jezelf opnieuw uitvinden. Wij zijn het rijkste land ter wereld. Als wij die transitie niet kunnen bekostigen, wie dan wel?’

FOTO: ANP / ROB VOSS


LEESTIJD: 6 MINUTEN
Er gloort een
mooie toekomst voor melkveehouders
ONDERZOEK

FOTO: HENK VEENSTRA

Lise Beumeler, Campus Fryslan
‘You can never leave footprints that last if you are always walking on tiptoe.’ (Leymah Gbowee)

STELLING

FOTO: EDDO HARTMAN – SERIE SHIFTING BASELINES,
ZIE OOK PAGINA 15

Het Sicco Mansholt Transitie Programma van de Universiteit van het Noorden is een opleidings-programma voor boeren, dat erop is gericht obstakels voor gangbare boeren weg te nemen. Volgens Gjalt de Jong kun je de omslag in de landbouw niet aan de markt overlaten. ‘De sector kan het niet zelf, omdat die onderdeel is van het systeem. Het merendeel van de boeren heeft vaak niet de juiste informatie, blijft stil zitten en ziet niet hoe de sector verandert. En politieke partijen als BBB ontkennen dat er een probleem is. Ze willen dat alles bij het oude blijft, maar dat kan niet. Voor de transitie is goede begeleiding noodzakelijk. Als Universiteit van het Noorden willen we die actief begeleiden en versnellen. In ons programma werken we daarvoor samen met boeren, overheden, agrarische natuurverenigingen en ketenpartners als leveranciers en banken.’
Op 12 oktober werd definitief dat vanuit het Nationaal Groeifonds een subsidie van 129 miljoen euro is toegekend aan het landelijke
Re-Ge-NL programma voor de transitie naar een regeneratieve landbouw. Namens de RUG en de Universiteit van het Noorden krijgt De Jong daarvan 15 miljoen euro.

Gjalt de Jong:
‘Het huidige landbouwsysteem is einde oefening’

Thomas Oudman

Uit de shit – pleidooi voor meer
boeren en minder vee

kiosk.decorrespondent.nl

€ 15,00; E-book € 7,00;
luisterboek € 10,00

FOTO: JEAN PIERRE JANS

TEKST: KARIN DE MIK

FOTO: JEAN PIERRE JANS

Thomas Oudman in zijn boek:
‘De 24,3 miljard euro die minister
Van der Wal klaar heeft liggen voor het oplossen van de stikstofcrisis,
is een unieke kans om de duurzame transitie van de veehouderij
mogelijk te maken’

‘Na een tijd van exploitatie van ons eigen en andere ecosystemen, is nu de tijd aangebroken om te laten zien wat de Nederlandse landbouwcultuur waard is. Dankzij vakkundige boeren,
gesteund door de samenleving, kunnen we gezamenlijk een waardevol onderdeel zijnvan de natuur. En dat verandert alles.’

Zo eindigt alumnus Thomas Oudman zijn boek Uit de shitpleidooi voor meer boeren en minder vee.
Hij vertelt over zijn boekje dat hij, na drie jaar journalistiek onderzoek, staafde met een omvangrijk notenapparaat.
Gjalt de Jong, hoogleraar duurzaam ondernemen in de circulaire economie bij
Campus Fryslân reageert op Oudmans bevindingen.

Nee, BBB-voorvrouw Caroline van der Plas heeft nog niet gebeld. ‘Maar ik zou het gesprek graag met haar aangaan,’ zegt Thomas Oudman, journalist bij De Correspondent. Zijn boek Uit de shit - pleidooi voor meer boeren en minder vee werd in korte tijd een bestseller. Hij sprak er al met diverse Kamerleden over en stikstofminister Van der Wal nodigde hem al uit voor een gesprek. Oudmans constatering ‘landbouw is ook natuur’ zal Van der Plas ongetwijfeld aanspreken.

Oudman: ‘Er is een prachtig ecosysteem waarbinnen we voedsel zouden kunnen produceren. Dát ecologische systeem moet centraal staan in de landbouw, niet economische winst. Dan krijg je vanzelf een landschap vol rijke natuur, schoon water en een gezonde bodem. Dus als de BoerBurger Beweging zegt op te komen voor de boeren, moet zij de eerste zijn om mijn visie te omarmen. Daar ligt mijn hoop.’

Kunstmatig onderscheid
Oudman is van huis uit bioloog en promoveerde in 2017 in Groningen bij trekvogelecoloog Theunis Piersma. Drie jaar geleden verruilde hij de wetenschap voor de journalistiek. Voor journalistiek platform De Correspondent – ‘een dagelijks medicijn tegen de waan van de dag’ – schrijft hij over voedsel.

Hij zag dat boeren en natuurminnenden lijnrecht tegenover elkaar kwamen te staan in de klimaat- en stikstof-discussies. ‘Terwijl het onderscheid landbouw en natuur arbitrair is,’ meent hij. ‘Landbouw werkt per definitie in een ecosysteem. Juist het kunstmatige onderscheid tussen landbouw en natuur is de basis van de industriële veehouderij, die het stikstofprobleem veroorzaakte.’






























Verbindende oplossing
Hij vond het zijn taak om in heldere taal de problemen in de landbouwsector te schetsen. ‘Maar vooral wilde ik een verbindende oplossing geven. Beter uitleggen dus wat we al wisten.’ En dat is dat een ecologisch verantwoord landbouwsysteem de redding is voor de boer, de bodem en de natuur.
Al wil hij er geen etiket op plakken. ‘Wérkelijk duurzaam, noem ik het ook wel, omdat ecologisch verantwoorde landbouw in principe gewoon landbouw is, en zou moeten zijn volgens elk weldenkend mens.’

De melkveehouderij moet stoppen met kunstmest en ook de import van krachtvoer moet eindigen, want beide zijn grote bronnen van stikstofuitstoot, stelt Oudman. ‘De consequentie daarvan is dat een forse reductie van de pluimveesector en varkenshouderijen, als grootgebruikers van geïmporteerd veevoer, noodzakelijk is. De overheid zal duizenden van deze bedrijven moeten uitkopen en compenseren.’












Mooie toekomst
Voor de circa 15.000 melkveehouders gloort er een mooie toekomst, mits zij omschakelen naar een ecologisch verantwoorde voedselproductie. Die moet vooral afgestemd zijn op onze eigen behoeften, vindt Oudman. ‘Als boer voorzie je dan voor een groot deel in de binnenlandse vraag naar gezond voedsel, waardoor je bovendien minder afhankelijk wordt van het buitenland. Voor ons geïmporteerde voedsel en veevoer leggen we beslag op relatief veel grond buiten onze eigen grenzen. Als we ons voedsel zelf produceren, wordt dat aandeel veel lager en krijg je meer voedselzekerheid.’ En dat is haalbaar, onderstreept Oudman. ‘Nu wordt op het merendeel van onze eigen landbouw-grond veevoer, zoals mais en gras, verbouwd. Bestemd voor de productie van melk, kaas en vlees, waarvan twee derde naar het buitenland gaat. Waar nu snijmais voor veevoer wordt verbouwd kun je bijvoorbeeld granen of andere consumptiegewassen verbouwen.’

Meer boeren
De focus op ecologische processen in plaats van een verdere industrialisatie leidt tot meer boeren, die minder kosten hoeven te maken. ‘Veeboeren hebben in dit systeem geen dure technologie meer nodig, noch kunstmest en krachtvoer. De scheiding tussen landbouw en natuur vervaagt. Landbouw-gronden worden dan weer veel waardevollere natuur-cultuurlandschappen. Een bijkomend voordeel is dat de milieudruk op de huidige natuurgebieden kleiner wordt.’ Om de verduurzaming van boeren-bedrijven te bekostigen pleit de bioloog in zijn boek voor een duurzaamheids-bijdrage op de prijs van dierlijke producten. De transitie naar een ander landbouwsysteem moet zo snel mogelijk beginnen, vindt hij. ‘De situatie wordt steeds nijpender. Het landschap verschraalt, schoon water wordt een probleem en klimaatverandering zet door.’






Het boek van Thomas Oudman sluit goed aan bij het Sicco Mansholt Transitie-programma voor Natuurinclusieve Landbouw van de Universiteit van het Noorden, vindt Gjalt de Jong, hoogleraar duurzaam ondernemen in de circulaire economie. ‘Nieuwe verdienmodellen zijn de sleutel tot verandering.’

Grote natuurweelde
Gjalt de Jong liep als tiener door de weilanden bij het Friese Oentsjerk. ‘Het stikte toen van de vogels in de weilanden. Een grote natuurweelde. Waarom? Boeren maaiden minder vaak en veel later dan nu. Ze hadden bijvoorbeeld kleine trekkertjes waardoor vogels sneller weg konden komen. Kunstmest gebruikten ze amper. En de bodem was gezond’

Hoe anders is dat nu. ‘Het traditionele verdienmodel van de huidige gangbare boeren draait om efficiency en winst maken,’ legt De Jong uit, die in Groningen economie en bedrijfskunde studeerde. ‘Dit model is, zoals Thomas zegt, opgebouwd uit kunstmest, krachtvoer, antibiotica, en bestrijdings-middelen. Veel produceren tegen zo laag mogelijke kosten op relatief weinig grond dus. Dat kan omdat gangbare boeren veel EU-subsidies krijgen waardoor ze goedkope melk, aardappelen, graan of suikerbieten kunnen afzetten.’ Dat alles heeft echter een hoge prijs voor de samenleving, zegt hij: ‘De sector vervuilt de natuur met ammoniak en andere meststoffen en subsidies worden misbruikt. In ons milieu en voedsel zitten resten van bestrijdingsmiddelen of antibiotica en veel mest spoelt uit naar het oppervlaktewater. Ondertussen holt de biodiversiteit achteruit.’

Regeneratieve landbouw
Dit falend landbouwsysteem schetst Oudman op een heel toegankelijke manier, meent De Jong. ‘Hij geeft een doorkijk in hoe het beter en anders kan.’ En het kan anders en beter. Regeneratieve landbouw (ook wel ecologisch verantwoord, zoals Oudman het noemt of natuurinclusief) is de oplossing voor veel milieuproblemen, weet De Jong. ‘En het levert regeneratieve boeren een goede boterham op. Zij hebben minder kosten omdat ze geen krachtvoer en kunstmest gebruiken. Ook krijgen ze hogere melkprijzen en verbeteren de natuur, het milieu en de gezondheid van mensen. Vaak krijgen ze ook nog subsidies voor ecosysteemdiensten, omdat ze bijvoorbeeld zorgen voor houtwallen, een hoger waterpeil en schoon water.’

Kanteling
Het huidige landbouwsysteem heeft zijn langste tijd gehad. Het oude verdienmodel van de landbouw is echt failliet, meent De Jong. ‘Op Europees niveau is daarover al geen discussie meer. Ook in de markt is een duidelijke trend zichtbaar naar duurzamere producten. Daar zie je al een kanteling. Grote marktpartijen en internationale voedselproducenten en -leveranciers zijn letterlijk op zoek naar regeneratieve producten en boeren, omdat ze wettelijk gezien hun ecologische voetafdruk moeten verkleinen.’

Met nog strengere Europese wet- en regelgeving over water en natuur op komst, zullen gangbare boeren het steeds moeilijker krijgen, voorspelt De Jong. ‘Hun verdienmodel komt onder druk te staan, omdat ze aan steeds meer eisen moeten voldoen, zoals schoner water en minder drijfmest uitrijden.’ De overgang naar een ecologisch verantwoorde bedrijfsvoering biedt hun een grote kans. ‘Toch kan transitie pijnlijk zijn’, beseft hij. ‘Maar je kunt jezelf opnieuw uitvinden. Wij zijn het rijkste land ter wereld. Als wij die transitie niet kunnen bekostigen, wie dan wel?’